Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Tevergeefs heb Ik uw kinderen [78]geslagen; zij hebben de [79]tucht niet aangenomen; ulieder [80]zwaard heeft uw profeten verteerd, als een verdorven leeuw. 78. Zie Jes.1:5. 79. Zie Spreuk.1:2. 80. Zover is het vandaar, dat gij mijne bestraffingen zoudt hebben aangenomen, dat gij daarentegen de profeten, die u van afgoderij afmaanden, als woedende wilde beesten vernield hebt, gelijk geschied is ten tijde van Asa, Joas en Manasse. Zie ook Matth.23:29, enz.; Luk.11:47, enz., en Luk.13:34. 81. Of, vernielende. Zie van het Hebreeuwse woord Richt.20:21.